De begrippen ‘Industrie 4.0’ en ‘Smart Industry’ spelen sinds een aantal jaar allebei een grote rol op de Hannover Messe. Het Duitse begrip Industrie 4.0 draait vooral om met elkaar communicerende machines. In Nederland heerst de term Smart Industry dat gaat een digitaal verbonden en flexibel productienetwerk.
De vraag is; waar overlappen de begrippen elkaar? Waar vullen de twee elkaar aan? Hoe bepalen deze containerbegrippen het verhaal richting de Duitse klant? En hoe werkt deze theorie in de praktijk?
We zijn benieuwd naar je input:
- redactie@duitslandnieuws.nl
We verzamelen fragmenten uit de interviews die al eerder deze onderwerpen raakten.
https://www.youtube.com/watch?time_continue=53&v=WrEZbKbiCJs
Voor machinebouw is Industrie 4.0 grootste uitdaging
Hans Seelen van VDMA, de brancheorganisatie voor de Duitse machinebouw:
Wat zijn de grootste uitdagingen voor de machinebouw?
De digitalisering, de overgang naar Industrie 4.0. Verdere uitdagingen zie ik bij internationalisering, duurzaamheid en efficiënter omgaan met grondstoffen.
Waarom is Industrie 4.0 lastig om te zetten in de machinebouw?
Je koopt Industrie 4.0 natuurlijk niet om de hoek. Het is een containerbegrip voor een ontwikkeling die voor elk bedrijf op een andere manier kan uitpakken. Dus de vraag is; wat betekent deze ontwikkeling voor je bedrijf? Ik kan me voorstellen dat dit voor veel ondernemers een zorg is omdat het antwoord daarop niet simpel is.
Wordt daardoor ook de samenwerking tussen bedrijven belangrijker?
Absoluut. De traditionele grenzen vallen weg. Vroeger werd er onderscheid gemaakt tussen bijvoorbeeld elektrische en hydraulische techniek en later kwamen daar de softwaremensen bij. Nu dat allemaal online gaat, vervagen die grenzen. Dat leidt tot nieuwe vormen van samenwerking waardoor ook grenzen tussen landen minder belangrijk worden, zo kunnen we ook steeds makkelijker samenwerken met Nederlandse bedrijven.
Welke kansen liggen er voor Nederlandse ondernemers?
Ik spreek natuurlijk voor Noordrijn-Westfalen en voor ons is de weg naar Eindhoven en Amsterdam korter dan naar Stuttgart en Berlijn. De taal is geen groot probleem, en dat komt vooral omdat zoveel Nederlanders aardig Duits spreken. En verder is er een gelijke basis, we kennen allebei een lange traditie van ingenieurs. Voor Noordrijn-Westfalen is Nederland de grootste handelspartner.
Wat is het beeld van de Nederlandse machinebouw in Duitsland?
Nederland zien we als een erg stabiel en groot productieland en een grote afnemer van Duitse machines. We vinden het erg interessant om te zien hoe in Nederland de waardeketen anders inricht. Innovatie is veel opener en wordt transparanter gedeeld tussen bedrijven. Daar zijn we nieuwsgierig naar. Maar ook de manier waarop een productieketen is georganiseerd binnen een bedrijf. Kijk bijvoorbeeld naar VDL waar de verschillende bedrijfstakken erg goed met elkaar verbonden zijn. In Duitsland is dat sterker afgeschermd.
https://www.duitslandnieuws.nl/blog/2016/09/13/expert-machinebouw-hans-seelen-duitsland-nieuwsgierig-naar-open-innovatie-nederland/
Industrie 4.0 en Smart Industry
Op de Hannover Messe presenteerde het noorden zich als regio van slimme fabrieken. Hans Praat van RoSF vertelt of dat goed gelukt is.
Waarom moet Noord-Nederland bekend worden als Region of Smart Factories?
Wanneer we als regio acquisitie doen in Duitsland of elders op de wereld, dan is het handig om je op een bepaald thema te profileren. Bovendien hebben we in Nederland veel bedrijven die oplossing voor smart factories aanbieden. Samen zijn we heel ver met een goed concept over hoe je die omslag van gewone productielocatie naar smart factory kunt opzetten.
Kwam dat goed over op de Hannover Messe?
Wat daar vooral opvalt is hoe enorm het aanbod rond het digitaliseren van fabrieken is. Iemand zei: dat kan de markt nooit absorberen. Het aanbod loopt voor op de vraag. Maar die vraag gaat er komen, en de gevolgen zullen overweldigend zijn. Dit thema staat de komende 10 jaar zeker centraal op de Hannover Messe. Het is nu vooral moeilijk om als vroege aanbieder een business case te maken tot de tijd dat het echt losbarst.
Hoe doe je dat?
Om op die vraag een antwoord te vinden werken we met verschillende bedrijven samen in ons fieldlab. Daar bouwen we aan een ‘joined smart factory’, een open fabriek waar verschillende mkb’ers van kunnen profiteren.
Maar hoe val je dan op als Noord-Nederland?
Waar grote partijen vaak standaardpakketten aanleveren, kunnen wij maatwerk bieden. Wij zijn kleiner, specialistischer en staan open voor innovatieve concepten. Bovendien kunnen we zeer interessante aanbiedingen doen rond foutloos produceren.
https://www.duitslandnieuws.nl/blog/2017/05/04/hoe-noord-nederland-problemen-digibete-mittelstandler-duitsland-wil-oplossen/
Industrie 4.0 zorgt voor grotere vraag naar accu’s
Cleantron-directeur Maurice van Giezen:
Welke rol speelt Duitsland voor Cleantron?
In Duitsland wordt veel ontwikkeld en geproduceerd. Zeker nu er rond de digitalisering van fabrieken – Industrie 4.0 – steeds meer autonome voertuigen in de productiehallen verschijnen, zijn er ook steeds meer accu’s nodig. Grote producenten willen met ons accu’s ontwikkelen voor dit soort producten, maar ook voor lichte elektrische voertuigen zoals elektrische scooters en motorfietsen.
Wat zien Duitsers in een bedrijf uit Nieuw-Vennep?
Veel Duitsers hebben een ‘Chinees trauma’ opgelopen. Dan hadden ze een goed product ontwikkeld en probeerde men te besparen op de accu. Deze werd dan in China besteld. Maar die kwaliteit viel vaak tegen waardoor de prestaties van het Duitse product niet uit de verf kwam.
Die kwaliteit kunnen jullie wel bieden?
Ja, wij bieden kwaliteit die men in Duitsland verwacht. Wij produceren en testen onze accu’s geautomatiseerd in Nederland, bij ons tref je geen grote hallen met dames met witte jassen. Voor dat verschil zijn Duitse partijen erg gevoelig.
https://www.duitslandnieuws.nl/blog/2016/10/18/accufabrikant-maurice-giezen-alleen-elektrische-autos-toekomst/
Open innovatiecultuur in Nederland
Topman Daan Kersten van Additive Industries
Volgens Kersten heeft veel daarvan te maken met de regio Eindhoven waar veel hightechbedrijven kennis met elkaar delen. “In Duitsland blijft de kennis veel meer binnen de bedrijven. Nederland – en vooral de regio Eindhoven – staat bekend om zijn open innovatiecultuur.”
In Nederland wordt kennis gedeeld tussen bijvoorbeeld toeleveranciers, TNO, ASML en Philips, zegt hij. “Daardoor kunnen we sneller een voorsprong opbouwen en betere machines maken. Die competentie van Eindhoven is zeker bekend in Duitsland.”
https://www.duitslandnieuws.nl/blog/2016/10/11/daan-kersten-duitse-industriereuzen-weten-eindhoven-vinden/
Waardering voor Nederlandse snelheid
Hoogleraar Design Engineering van de Universiteit van Twente (UT) Fred van Houten
De Duitsers hebben echter ook oog gekregen voor de kwaliteiten van over de grens. “Ze hebben veel waardering voor de Nederlandse ingenieurs die zich minder aan de regeltjes houden. Nederland is voor Duitsers echt een proeftuin waar alles veel sneller gaat. We kunnen voordoen hoe het moet.” Duitse fabrikanten zijn erg geïnteresseerd in hoe je ontwikkelingsprocessen versnelt, zegt hij. “Snelheid is alles. Daar zijn Nederlanders veel beter in.”
De professor legt het verschil uit aan de hand van het Duitse Siemens en de Nederlandse chipfabrikant ASML. “De structuur bij Siemens is zo ingewikkeld. Daar vragen ze zich af hoe ASML in staat is geweest zo goed te voorspellen hoe de markt verandert en daar op kan inspelen zonder dat ze 10 prototypes hebben gebouwd.”
Deze kennis delen met de Duitsers is natuurlijk ook een risico, geeft Van Houten toe. “En dus moeten wij nog sneller ontwikkelen.” Hij moet even lachen. “Dat is niet zo moeilijk, hoor. Als zij nog bezig zijn met de specificaties, hebben wij het product al klaar.” Dan haast hij zich om te zeggen dat Nederlanders andersom genoeg in Duitsland kunnen leren. “De combinatie is vooral erg sterk. Bijvoorbeeld hun enorme kwaliteitsdenken en de grote markt.”
https://www.duitslandnieuws.nl/blog/2016/05/03/duitse-fabrikanten-jaloers-op-nederlandse-snelheid/
