
Oorlog 103
Als we de Amerikaanse opstand en guerrilla van 1775-1776 meetellen dan vechten de Amerikanen momenteel in hun 240-jarig bestaan oorlog nummer 103. Dat enorme aantal is inclusief de massamoord op 12 miljoen indianen, maar exclusief interne conflicten zoals de Amerikaanse burgeroorlog, de drugs- en bendeoorlogen en de situatie rond de drooglegging. Op een rustige periode in de jaren ’20/’30 van de vorige eeuw na, zijn ze eigenlijk doorlopend in oorlog geweest.
De Amerikanen vochten niet altijd alleen. Ze kenden vele bondgenoten. Die zijn naderhand niet altijd even netjes behandeld. Er is bijvoorbeeld weinig terecht gekomen van de afspraken die de blanken maakten met de indianen. Zodra een stam zijn meerwaarde verloor, werd deze alsnog onteigend en vaak uitgemoord. Andere bondgenoten die ze wat recenter lieten vallen zijn Noriega in Panama, Hussein in Irak, Khadaffi in Libië en Poetin in Rusland.

In the War on Terror was Poetin notabene de enige buitenlandse president die de Amerikanen significant te hulp kwam. De strijd tegen Osama Bin Laden werd grotendeels gevoerd vanaf vliegvelden die de Russen aan de Amerikanen ter beschikking stelden, dan wel die de Russen voor de Amerikanen hadden geregeld. In ruil zouden ze als vredespartner een serieuze positie krijgen bij de Navo. Maar toen Poetin om zijn ruilhandel kwam, gaf Bush Jr. niet thuis en liet hij de Russische President afplassen door de Schot George Robertson, de toenmalige secretaris-generaal van ons defensieve bondgenootschap. Het westen bleek voor Poetin een onbetrouwbare partner en dat heeft enorm bijgedragen aan het Russisch militair ingrijpen in Georgië en Oekraïne.
Twee maten
Dan gebeurt er iets raars. Want dat Russische optreden is voor ons onacceptabel en onbegrijpelijk. Tegelijk vinden we het volslagen logisch dat Amerikaanse soldaten dagelijks militair optreden in tientallen landen en jaarlijks – soms overduidelijk onder valse voorwendselen – betrokken zijn bij het afzetten of zelfs ombrengen van staatshoofden.
We staan er niet bij stil dat ‘the land of the free’ net zo veel geld uitgeeft aan defensie als de volgende 26 landen op de lijst, waarvan er 25 formeel bondgenoot zijn. De VS is een land waarvan het grootste deel van de bevolking, ondanks talloze moordpartijen op scholen, weigert af te zien van het recht op het dragen van wapens, omdat ze hun eigen overheid niet vertrouwt.
Rusland valt twee keer per tien jaar een land binnen, de Amerikanen doen dat gemiddeld iedere twaalf maanden. Amerika is misschien niet onze vijand, maar een beetje rationeel nadenken over onze toekomst kan geen kwaad. Of om met Frank-Walter Steinmeier, de Duitse minster van buitenlandse zaken, te spreken: “Het heeft geen zin om Rusland verder weg te denken, dan waar het daadwerkelijk ligt. Een goede band met de Russen is essentieel voor vrede in Europa.”