
Geen wonder dat werkgevers zich zorgen maken, zou je zeggen. En ook begrijpelijk dat ze de vakbonden deze week vroegen om toch vooral terughoudend te zijn bij het eisen van meer loon. Hogere lonen leiden immers tot hogere kosten, lagere bedrijfswinsten en minder investeringen. Op den duur kan dat leiden tot verlies aan concurrentiekracht, massaontslagen en een oplopende werkloosheid. En wie wil dat nou, vroeg de voorzitter van de werkgeversorganisatie BDA zich deze week af.
Niemand natuurlijk, maar de realiteit is dat de meeste bedrijven een hoger loon makkelijk kunnen betalen, en eigenlijk ook moeten. Zelfs de normaal gesproken terughoudende Bundesbank vindt een gemiddelde loonsverhoging van 3% meer dan rechtvaardig. Waarom?
Lonen blijven achter
Econoom Karl Brenke van het wetenschappelijk instituut DIW heeft uitgerekend dat de lonen in Duitsland sinds 2003 jaarlijks 0,3 procentpunt achtergebleven zijn bij de ontwikkeling van de arbeidsproductiviteit. In bepaalde sectoren zoals de machinebouw en de auto-industrie gaat het zelfs om percentages boven de 1%.
Het is een van de redenen waarom de Duitse exportindustrie het zo waanzinnig goed doet. Want als de brutolonen minder snel stijgen dan de optelsom van inflatie plus arbeidsproductiviteit, dan betekent dat doorgaans dat de concurrentiepositie ten opzichte van het buitenland verbetert.
Breek met de trend
Veel economen en politici in andere EU-landen vinden dat het hoog tijd wordt deze trend te breken. Dat is goed voor de Europese economie, omdat die meer kan exporteren; en de Duitse consument, die immers meer geld in zijn zak krijgt.
Voor bedrijven is het minder goed, maar zoals gezegd kunnen de meeste best een stootje hebben. En daar waar dat niet het geval is, kunnen uitzonderingen worden gemaakt.
Loon omhoog
In de belangrijke chemie-industrie is eerder dit jaar al een voorproefje gegeven van wat komen gaat. Werknemers kregen er daar 3,7% bij. Bij de eerstvolgende cao-onderhandelingen zou het nog wel eens een stuk meer kunnen zijn.
Die vinden namelijk plaats in de metaal- en elektrosector, wat niet alleen de grootste industrietak is, maar ook de meest succesvolle. Vier procent moet er hier zeker in zitten, tenzij de crisis nog ernstiger wordt en Duitsland net als de rest van de eurozone begint te krimpen.
Maurits Kuypers is macro-econoom en werkt als journalist in Berlijn.
Meer experts op Duitslandnieuws
- Carsten Brzeski: ‘Duitse groeistop is home made’ »
- Maria Stratemeier – Valse vrienden: lieg je goed? »
- Wouter Timmermans: Hoe je een GmbH ‘liquideert’ »
- Bas Wissing: Toch hypotheekrenteaftrek voor Nederlandse grensarbeiders »
- Bavo van den Idsert: Weet op wie je je richt wanneer je naar Duitsland exporteert »