
Meer West-Duitse bedrijven dan tot dusver bekend hebben geprofiteerd van dwangarbeid in Oost-Duitsland. Tot die conclusie komt de BStU, dat Stasi-documenten onderzoekt in opdracht van de Duitse regering.
Volgens het onderzoek lieten talrijke West-Duitse bedrijven uit de levensmiddelenindustrie, meubelbranche, postorderbedrijven en ondernemingen uit de de auto- en staalindustrie delen van hun productie goedkoop in de DDR produceren. Dat gebeurde vooral ten tijde van DDR-leider Erich Honecker in de 70’er en 80’er jaren. Daarvoor werden ook politieke gevangenen ingezet. Dit kwam aan het licht na speurwerk van BStU-historicus Tobias Wunschik in de archieven van de DDR-inlichtingendienst de Stasi, het landelijke en regionale Duitse archieven.
Maillots voor Aldi
Uit de dossiers kwam vooral de rol van Aldi naar voren. De grootste discounter van Duitsland betrok producten van een DDR-bedrijf dat gevangenen inzette. Het ging om EB Esda Thalheim in Saksen dat maillots en panty’s produceerde. Hier werkten ook vrouwelijke gevangen uit het beruchte vrouwengevangenis Hoheneck.
Aldi Noord en Zuid bevestigen de betrekkingen met het de maillotfabriek. Maar de supermarktketens ontkennen er weet van te hebben gehad dat in de fabriek ook gevangenen werkten. “We betreuren dat dit gebeurd is”, zo luidt het officiële statement van de discounters. ” In 2012 werd bekend dat Ikea in de DDR en in Polen meubels heeft laten maken. Volgens Roland Jahn van BStU is dit nog maar het topje van de ijsberg, zei hij maandag in het programma Report Mainz op de ARD.
Lagelonenland
Volgens historicus Tobias Wuschnik werd Oost-Duitsland voor het Westen vooral als lagelonenland gezien dat bovendien dichtbij lag en ook geen taaldrempels kende. “Honderden bedrijven uit West-Duitsland hebben op deze manier zaken gedaan. In heel veel gevallen was er ook sprake van dwangarbeid.” Jaarlijks werd voor 200 miljoen Deutsche Mark aan producten omgezet dat door gevangenen werd gemaakt, ongeveer een miljard euro.
Ronde koplampen van VW Golf
Ook voor de Volkswagen Golf en Transporter zijn onderdelen uit de DDR gehaald die onder dwang gemaakt zijn. De bekende ronde koplampen waren afkomstig uit het bedrijf Fahrzeugelektrik Ruhla in Eisenach. Maar ook VW zegt dat het niet wist van de gevangenen.
Hoewel de Oost-Duitse regering de inzet van gevangenen vaak geheim wist te houden voor de landen waarmee het zaken deed, ontneemt dit niet de verantwoordelijkheid, zegt onderzoeker Wuschnik. Het stoort hem dat de bedrijven niet eens de fabrieken in de DDR hebben bezocht. “Dat was mogelijk geweest.” Stasi-onderzoeker Jahn voegt daar aan toe: “wie zich inlaat met een dictatuur, kan nooit zeker zijn onder welke omstandigheden de producten gemaakt zijn”. De BStU vraagt de bedrijven nu om ook hun archieven te openen voor onderzoek.