
Met een algemeen wettelijk minimumloon van 8,50 euro zou Duitsland een zo hoge horde voor de arbeidsmarkt opwerpen, als bijna geen ander industrieland ter wereld. Alleen Frankrijk gaat verder. Dat laat een internationaal overzicht zien van de Berlijnse arbeidsmarktdeskundige Jochen Kluve van de Humboldt-universiteit op basis van loonsgegevens verstrekt door de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO) en het Duisburgse instituut voor arbeidsmarkt en kwalificatie (IAQ).
Werkloosheid
In Duitsland zou dus volgens de cijfers een minimumloon van 8,50 euro op 62% van het gemiddelde inkomen van de Duitse werknemers liggen. Dat is een internationale toppositie, nog hoger dan Frankrijk (60,1%). De hoge Franse ondergrens wordt door vele experts gezien als één van de oorzaken voor de hoge jeugdwerkloosheid. In de meeste andere landen ligt het minimumloon duidelijk onder de 50%. In Groot-Brittannië is dat zelfs 46,7%, een land dat vaak door voorstanders als voorbeeld wordt genoemd. Nederland ligt het een fractie hoger (47,4%). Spanje (44%) en de VS (38,3%) staan beduidend lager op de ranglijst.
Jochen Kluve stelt dat Duitsland met een minimumloon duidelijk ver voor de troepen uit zou marcheren. “Om te geloven dat dit zonder negatieve gevolgen zal blijven voor de arbeidsmarkt, lijkt me naïef”, zegt hij dinsdag in de Frankfurter Allgemeine Zeutung. “Er zal hierdoor heel zeker meer werkeloosheid komen.” Onder Duitse economen wordt de discussie gevoerd wat de gevolgen zullen zijn voor de werkeloosheid. “Het zou zinvol zijn als Duitsland ergens in het midden tussen de andere landen gaat staan. Met 8,50 euro wordt de afstand meteen zo groot, dat is absurd.”
Kritiek
Kluve krijgt met zijn waarschuwing om niet te hard in te grijpen op de arbeidsmarkt ook kritiek. Het Institut für Arbeitsmarkt- und Berufsforschung (IAB) uit Neurenberg vindt zijn berekening onnauwkeurig. Kluve telt alles mee tot aan mensen met de lage lonen van een Mini-Job toe. Maar wie net als de OESO alleen de mensen met een fulltimebaan meerekent, komt uit op 56,7%. “Dan zou Duitsland niet meer de nummer 1 zijn op de lijst, maar het blijft wel een erg hoge positie op de lijst en ver boven het gemiddelde van andere industrielanden”, aldus IAB-directeur Joachim Möller een voorstander van het minimumloon, eveneens in FAZ. Hij vindt 8,50 euro vooral te hoog voor Oost-Duitsland, want daar zou het een vierde van de werknemers betreffen. “Daar zou het wel een gevaar zijn voor de werkgelegenheid.”
De SPD heeft de 8,50 euro tot een harde eis gemaakt en zou met CDU/CSU enkel willen onderhandelen over een tijdsschema van invoering en niet over de hoogte. De partijen hebben al een een principeakkoord dat er een ondergrens moet komen, maar de christendemocraten willen ruimte om per regio en branche een verschillend minimum in te kunnen voeren.
Duits minimumloon ligt voorop
Hoogte van het minimumloon in verhouding met het gemiddelde bruto-inkomen (in %)
- Frankrijk 60,1
- Duitsland 56,7 (IAB-berekening, volgens Kluve is het 62%)
- Portugal 56,5
- Australië 53,6
- Griekenland 51,0
- België 50,3
- Hongarije 49,5
- Ierland 47,7
- Nederland 47,4
- Groot-Brittannië 46,7
- Canada 45,0
- Polen 44,5
- Spanje 43,9
- Luxemburg 42,0
- Zuid-Korea 41,3
- Japan 38,4
- Verenigde Staten 38,3
- Tsjechische Republiek 34,5
Bron: OESO, Jochen Kluve, RWI, IAB (FAZ)
Meer over dit onderwerp in het dossier minimumloon