Als we Dietmar Woidke (52) ontmoeten heeft hij zich net ondergedompeld in een groot dorpsfeest in Kremmen, een stadje ongeveer 20 kilometer boven Berlijn. Hij geniet er duidelijk van. Overal worden handen geschud. De marktkooplui lijkt hij allemaal persoonlijk te kennen. Woidke is pas sinds een paar weken minister-president van Brandenburg, maar hier op dit dorpsfeest treedt hij op als een volleerde ‘man van het volk’, een echte sociaaldemocraat zou je kunnen zeggen, met grote ambities voor de toekomst.
U komt op handelsmissie naar Nederland. Wat hoopt u daar te bereiken?
Ik wil in Nederland laten zien hoe uniek Brandenburg is. Aan de ene kant hebben we in het hart van de deelstaat de snelgroeiende steden Berlijn en Potsdam met 3,7 miljoen inwoners. Maar als je 30 tot 40 kilometer buiten de stad bent, is daar niks meer van de te merken. Dan is er alleen nog rust, duizenden meren, natuurgebieden en zeldzame vogels.
Naar die rustige gebieden moeten Nederlandse toeristen komen?
Onder andere. Het bevorderen van toerisme is inderdaad belangrijk, maar dat is zeker niet het enige. Ik geloof dat Brandenburg ook meer kan profiteren van het feit dat het midden op de as ligt van Rotterdam via Berlijn en Warschau naar Moskou. Voor veel bedrijven kan dat een reden zijn om hier een productielocatie op te zetten of een logistiek centrum. Ruimte hebben we in ieder geval genoeg en de transportverbindingen zijn uitstekend.
Maar intussen vertrekken jonge werknemers naar de grote stad..
Dat is inderdaad een ingewikkeld probleem. We moeten op een of andere manier de dorpen en steden van Brandenburg vitaal houden. Zo’n dorpsfeest als vandaag past daar ook een beetje in als marketing voor het platteland. Maar ik geef toe, het is niet makkelijk. Hoe meer mensen weggaan hoe moeilijker het is om bepaalde basisvoorzieningen op peil te houden. En om een stad levend te houden heb je toch een goede kinderopvang nodig, verzorging voor ouderen, politie, brandweer en een plek waar je je rijbewijs kan verlengen.
Nu gaat u naar Nederland. Wat heeft u met ons land?
Ik ben opgegroeid in de DDR op nog geen 300 meter van de Poolse grens. In mijn jeugd kreeg je daardoor niet zoveel mee van wat zich afspeelde in het Westen. Maar we hadden natuurlijk wel radio’s en één ding wat over Nederland bij ons doorsijpelde was hoe liberaal het is. Ik heb uw land daarvoor altijd bewonderd.
Is dat tolerante imago niet inmiddels veranderd?
Ja dat klopt. We zien dat in meer Europese landen. Wat het mij leert is dat we erg moeten oppassen om dingen jarenlang onder het tapijt te vegen. Problemen verzwijgen omdat ze gevoelig liggen, is het domste wat je kan doen. Ik zie het hier in Duitsland soms gebeuren en ook in de Brusselse politiek. Neem de opening van de grenzen voor werknemers uit Roemenië en Bulgarije. Brussel heeft veel te lang genegeerd dat dit een aantal negatieve effecten kan hebben. Daardoor is kostbare tijd verloren gegaan bij het zoeken naar oplossingen en wat nog erger is, het sentiment over Europa is er door verslechterd.
Wat staat er op het programma in Nederland?
Één ding verheug ik me heel erg op. Dat is de ontmoeting met Herman van Veen (kaarten), waarvan u waarschijnlijk wel weet dat hij een grote ster is in Duitsland. Iets anders is dat ik met dit bezoek ook een heel groot ‘dank u wel’ wil zeggen aan al die Nederlandse ondernemingen die mee hebben geholpen Brandenburg na de val van de Muur weer op de benen te krijgen.
Woidke doelt daarbij op alle boeren die na de val van de Muur land zijn gekomen, maar ook op andere bedrijven zoals Struik Foods, kippenslachter Friki, kaasfabrikant Wolters, dienstverlener SNT, Van der Valk en Twentsche Kabel.
Het handelsvolume tussen Nederland en Brandenburg is de laatste jaren gestaag gestegen. In 2012 bereikte het een niveau van €1,4 miljard. Nederland exporteerde daarbij iets meer naar Brandenburg dan andersom. De belangrijkste producten voor de Nederlandse export waren daarbij voedsel, farmaceutische en chemieproducten. Brandenburg verdiende zijn geld vooral met producten uit de metaalindustrie en plastics.
